Ontronding om de Berenkuil

duinenEr is veel moois in Alkmaar, maar er is nog meer moois om Alkmaar heen. Op zonnige dagen als deze lonken de duinen en de zee en omdat het duingebied zo uitgestrekt is, kun je er heerlijk lang wandelen zonder al te veel beschaving tegen te komen. Maar hoe je ook wandelt, uiteindelijk komt altijd wel De Berenkuil in zicht. De Berenkuil is een horecagelegenheid. Je kunt er een witbiertje drinken, of een kop thee, dat hangt van je smaak af en misschien ook wel van het weer. Als kind kende ik De Berenkuil al. De naam is in mijn hoofd direct aan lange wandelingen in het duingebied verbonden.

Ander moois om Alkmaar is de taal. De Noord-Hollandse dialecten hebben mijn grote belangstelling. Wie dit blog ’n beetje volgt weet dat ik onderzoek doe naar het Tessels, het dialect van mijn familie. Ook als ik niet op Texel ben kan ik iets van die taal terughoren in de dialecten van de streek rond Alkmaar. West-Fries, Volendams, Egmonds: allemaal hebben ze het nodige met het Tessels gemeen, het ene dialect meer dan het andere, Wierings en Enkhuizens wel het meest.

Berenkuil etymologie

Oude plaats- en veldnamen zijn natuurlijk ook een mooie bron voor streektalige eigenaardigheden. Die Berenkuil, bijvoorbeeld, wat leert me die naam? Beren zullen er ook vroeger wel niet zijn geweest, daar in de duinen, dus die naam moet naar iets anders verwijzen. Mannetjeszwijnen? Dat kan, maar die etymologie spreekt me niet bijzonder aan. Er is niets anders over te vinden, in ieder geval niet online. Terwijl ik niet de enige ben die zich dit afvraagt, blogger Frans op de fiets schrijft er ook al over:

In de Berekuil eet ik een ijsje, inderdaad een uitspanning in een kuil in de duinen. De etymologie van dit soort toponiemen is toch een dissertatie waard! Als je goed oplet, zie je zoveel namen van bedrijventerreinen, pannekoekenhuizen, patatkramen, bejaardentehuizen en ga zo maar voort, die verwijzen naar historische aanduidingen. Ik durf te wedden dat de naam Berekuil ook al op de oudste topografische kaarten voorkomt.

Een dissertatie gaat misschien wat ver, maar in ieder geval ben ik gistermiddag, toevallig (zoals dat gaat), op een mogelijke etymologie gestuit. Die vond ik in een Egmonds woordenboek.

Egmondse buren

Het Egmonds, of tenminste het Egmonds van Egmond aan Zee, is een ontrondend dialect. De -eu- klinkt er als een -ee- en de -uu- klinkt er als een -ie-. Egmonds spreek je zonder de lippen te tuiten, zogezegd, hoewel de Egmondse w, de bilabiale, “Surinaamse” w, wel weer klinkt alsof er tóch getuit wordt. Het is werkelijk bijzonder om te horen, dat Egmonds. Op het bankje bij de strandopgang kun je het de oude Egmonders nog wel horen praten en dan blijf ik graag even staan, om mijn oor er te luisteren te leggen.

Gistermiddag las ik in het Egmondse woordenboekje. Dat is een feest van herkenning voor wie met Tessels vertrouwd is, veel woorden en uitdrukkingen zijn dezelfde. Het spel is dat je soms even twee keer moet kijken, voor je snapt dat die -êe- een onderliggende -eu- is. Of dat tegenover Egmonds -ie- Tessels -uu- staat, natuurlijk. Biere, dat zijn buren, las ik. Natierlijk.

Bierekoil te Berenkuil

En toen kwam de bierekoil. Een “burenkuil”, moet dat letterlijk zijn, maar in het Egmonds betekent bierekoil ook iets als “in de buurt”. Zo is het in het woordenboek opgetekend. Ik kan me voorstellen dat een gemeenschappelijk weiland in de duinen, zoals je die op Texel vanouds ook had, eerst bierekoil genoemd is: een kuil van de buurt, van de buren. Daar zal dan later wel de betekenis “in de buurt” uit zijn gegroeid. Enfin, dáár gaat het me niet eens om. Ik dacht natuurlijk aan iets anders.

Het dialect van Schoorl is niet ontrondend, daar zijn buren gewoon bure. Dat is het gewoonst in Noord-Holland, ook op Texel. Maar vroeger, tot in de 19e eeuw, moet er ook hier en daar nog biere zijn gezegd. Voor Texel werd bijvoorbeeld bierman opgegeven, “buurman”. Het is dus niet zo heel gek om te veronderstellen dat ook in Schoorl en omgeving ooit, lang geleden, bierekoil of iets wat daar op lijkt is gezegd. Uit die vorm kan dan, door een latere, verkeerde interpretatie, het moderne “Berenkuil” ontsproten zijn.

Ontronding als relict

Zo levert dat Egmonds wel een mogelijke etymologie op. Maar die vorm, biere-, hoeft dus niet per se Egmonds te zijn, we weten uit de oude bronnen dat biere- ook elders in Noord-Holland heeft bestaan. Voor “vuur” is in heel veel dialecten vier of fier opgetekend. Die -ie- staat hier los van de Egmondse ontronding, die op álle u’s van toepassing is. Deze Noord-Hollandse ontronding beperkte zich waarschijnlijk tot de -uu- voor -r en al vroeg is ze verdwenen, zodat alleen dat woordje “fier” nog een relict is, en dus, als mijn etymologie klopt, de de Berenkuil.

Wat hier staat, is van Marcel Plaatsman - van mij dus. Ik heb het geschreven, anders stond 't hier niet.