Meestnieuwnederlands (1)

Het allereerste Nederlands noemen we Oudnederlands. Veel Oudnederlands is er niet, en wat er is is vaak nauwelijks met zekerheid echt Oudnederlands, maar dat maakt voor die term niet zoveel uit. Het is nu eenmaal traditie talen in drie perioden in te delen en de eerste heet dan “oud-“. Na Oudnederlands komt Middelnederlands, de taal van Reynaert, Beatrijs en Jacob Van Maerlant – daar is veel van over. De derde periode is die van het Nieuwnederlands. Dat begint bij Vondel en Bredero en eindigt voorlopig niet. Ook dit blogje is volgens die driedeling geschreven in Nieuwnederlands.

De driedeling is, dat blijkt al wel, ’n beetje onbeholpen, want tussen mijn blog en Moortje of Lucifer gaapt niet alleen een tijd-, maar echt ook wel een taalverschil. Eigenlijk zou mijn Nederlands Nieuwstnederlands moeten heten, een vierde taalfase, die al ergens voor mij begonnen is en nog voortduurt na mij.

Nieuwstnederlands, dat moet het hedendaagse Nederlands zijn, dat gestandaardiseerd is en door de massamedia wordt verspreid. Een schrijftaal zonder naamvallen, zonder prullen, een taal die in de eerste plaats gesproken wordt. Een taal waarin de eind-n is weggevallen en de -r in moeilijkheden zit – of toch tenminste op tv. Een natietaal ook, die voor alles wordt gebruikt, niet langer concurrentie ondervindt van Latijn, Frans of het dialect. Nou ja, er is het Engels, maar dat is vooral een taal voor in het buitenland en voor de show.

Voor een talensteller is dat hedendaagse Nederlands zo ongeveer de saaiste taal denkbaar, omdat er niks aan te fantaseren valt. Het is er gewoon. Van het Middelnederlands kun je nog wat aan uitspraak en cadans bedenken, dat is allemaal zo zeker niet. Het is een standaardloze taal, daar valt ’n hoop mee uit te halen.
Nieuwstnederlands, alleen de term heb ik bedacht. Mijn verbeelding trekt al naar de volgende periode, de vijfde. Meestnieuwnederlands moet die gaan heten, want “nieuwst”, dat gaat er uit. Je hoort nu al heel de dag mensen “meest mooi” en “meest nieuw” zeggen, vandaag meer dan gisteren en in 2012 meer dan tien jaar terug.

Meestnieuwnederlands, dat is de taal van de toekomst. Hoe zou dat klinken? Hoe zou dat geschreven worden? Dat wil ik op in een reeks blogjes uit gaan zoeken. Heb ik ook weer wat te schrijven. (Ja, die zin die begint zonder dan, dat is al Nieuwstnederlands, maar zeker Meestnieuwnederlands.) Een r-loze taal misschien, of juist niet. Een simpele taal, of toch ’n heel moeilijke? Ik zal er de komende tijd werk van maken, leest u vooral gezellig mee.

Wat hier staat, is van Marcel Plaatsman - van mij dus. Ik heb het geschreven, anders stond 't hier niet.