Taalkundeboeken: Esperanto en Indo-Europees

Ook de tweede plank van de boekenkast, die ik nu doorspit omdat ik mijn boeken over taalkunde in kaart wil brengen, levert op eerste zicht geen vleiende titel op. “Overig”, ach ja, dat is wel wat het is. Op dit plankje bewaar ik boeken over Indo-Europese talen die niet bij de drie onderfamilies horen waar ik de meeste boeken over heb, dus talen die niet Slavisch, niet Romaans en ook net Germaans zijn.

Om het erger te maken staan er op dit plankje ook nog twee boeken over een taal die strikt genomen niet eens Indo-Europees is: het Esperanto. Deze taal had eigenlijk op het vorige plankje moeten staan, tussen de creolentalen, want als deze kunsttaal dan toch ergens bij moet worden ingedeeld is het wel bij de creolen, het Esperanto is een mengeling van van alles. Maar daar werd het te krap, dus heb ik het maar zo gedaan. Wie weet verhuizen de andere creolen nog eens mee…

boeken-taalkunde

Boekenlijst Esperanto en Indo-Europees

Op dit plankje staan 15 boeken.

  • Wit, Esperanto internacia lingvo: Praktika Kurso de Esperanto, FLE, Heemstede 1983. Nederlandstalig. Bij het Esperanto horen uitgaves die eruit zien alsof ze uit een oude typemachine komen. Dit boek maakt die verwachting waar. De cursus geeft een goed beeld van deze goedbedoelde, maar veel te moeilijke wereldtaal, met z’n agglutinerende grammatica en betekenisverschillen die moeten blijken uit één veranderende klinker zonder klemtoon.
  • Uitterdijk, Woordenboek Esperanto-Nederlandsch, Honig, Utrecht 1925. Nederlandstalig. Fraai gedrukte woordenlijst van het Esperanto. Derde druk van een (omgewerkt) origineel uit 1912.
  • Coulson, Teach Yourself Sanskrit, Hodder & Stoughton, Sevenoaks 1967. Engelstalig. Uitgebreide cursus Sanskriet, met handige overzichten achterin, ook leesbaar als je het schrift niet kunt lezen.
  • Snell, Teach Yourself Hindi, Hodder & Stoughton, Londen 2003. Engelstalig. Laagdrempelige cursus Hindi die wel van je vraagt het schrift te leren. Dat ga ik dus niet doen.
  • Ó Sé & Sheils, Teach Yourself Irish, Hodder & Stoughton, Londen 1993. Engelstalig. Aardige cursus Iers die helaas te veel vertrouwen heeft in de Ierse spelling, en dus geen IPA geeft bij de zinnetjes. De Ierse spelling is nog erger dan de alfabetten uit India waar ik ook niet aan begin.
  • James, Cwrs Cymraeg Llafar, Davies, Llandybie 1970. Engelstalig. Onderhoudende cursus Welsh met prima uitleg, zij het niet altijd even handig vormgegeven.
  • Hetzer & Finger, Lehrbuch der vereinheitlichten albanischen Schriftsprache, Buske, Hamburg 2006. Duitstalig. Uitstekende cursus Albanees, met veel aandacht voor de taalkundige achtergronden en dialectverschillen, en met handige verwijzingen naar naslagwerken.
  • Buchholz, Fiedler & Uhlisch, Wörterbuch Albanisch-Deutsch, VEB, Leipzig 1987. Duitstalig. Goed Albanees woordenboek met achterin een uitgebreide samenvatting van de Albanese grammatica.
  • Muller & Thiel, Beknopt Grieks-Nederlands woordenboek, Wolters, Groningen/Djakarta 1954. Nederlandstalig. ’n Tikje fragiel, maar degelijk schoolwoordenboek.
  • Nuchelmans, Kleine Griekse grammatica, Paul Brand, Bussum 1976. Nederlandstalig. Praktisch overzicht van de grammatica van het Oudgrieks.
  • Nuchelmans & Diercks, Tirocinium Graecum, Paul Brand, Hilversum 1970. Nederlandstalig. Oud schoolboek om Oudgrieks uit te leren.
  • Hus, Grammatica Grieks, Het Spectrum, Utrecht 1991. Nederlandstalig. Uitgebreide maar toegankelijke grammatica van het Oudgrieks.
  • Van Dijk-Wittop Koning, Levend Grieks 1, Coutinho, Muiderberg 1985. Nederlandstalig. Een overzichtelijke cursus Nieuwgrieks.
  • Gulian, Elementary Modern Armenian Grammar, Hippocrene, New York 1990. Engelstalig. Herdruk van het klassieke boek van Gulian, dat niet zozeer een grammatica, maar een ouderwetse cursus Armeens is.
  • Holst, Lettische Grammatik, Buske, Hamburg 2001. Duitstalig. Fraaie grammatica van het Lets, met veel achtergronden, vergelijkingen en voorbeelden.

Al deze boeken bevinden zich in Alkmaar. Ze worden niet uitgeleend, maar kunnen wel worden ingezien.

Wat hier staat, is van Marcel Plaatsman - van mij dus. Ik heb het geschreven, anders stond 't hier niet.