Het laatste weekend van februari bracht ik door in de Duitse stad Düsseldorf, voor de liefhebbers van verouderde exoniemen natuurlijk beter bekend als Dusseldorp. Een vrij doorzichtige naam, het riviertje de Düssel stroomt nog steeds door de stad en die stad is natuurlijk ooit een dorp geweest, te strategisch gelegen om een dorp te blijven en daarom uitgegroeid tot een handelsstad en een politiek centrum.
Het moderne Dusseldorp heeft zo’n 600.000 inwoners, maar dient voor een veel groter gebied als centrumstad, wat je het duidelijkst ziet aan het grote en mondaine winkelgebied. Tegelijk is het een eigenzinnige stad met z’n eigen dialect, z’n eigen carnavalstraditie en vooral ook z’n eigen biercultuur. Al bij al was er voor mij dus genoeg te beleven.
1.
Ons hotel lag in een gewone buitenwijk, dankzij de nieuwe tramtunnel efficiënt met het centrum verbonden. De bebouwing was overwegend saaie wederopbouw, maar de Suïtbertuskerk was mooi gerestaureerd.
2.
3.
Het hart van de moderne stad is de Kö (Königsallee), een statige gracht waarlangs zich sjieke warenhuizen bevinden. Hier beginnen en eindigen ook de andere grote winkelstraten. Tijdens ons verblijf stond er een reuzenrad aan de Kö, om te vieren dat de nieuwe tramtunnel af was en het OV-netwerk nu een stuk completer was (Alles dreht sich ums neue Netz). Verderlezen…
Voor het dorp Wieringerwerf heb ik ooit bewondering gehad, toen ik veel kleiner was en in een veel kleiner dorp opgroeide. Wieringerwerf was het dorp van mijn grootouders, ik logeerde wel eens bij hen, en dan vond ik het heel wat, Wieringerwerf. Er waren winkels, twee kermissen zelfs, er was verkeer en je kon er wel drie kerken bekijken, in mijn eigen dorp waren dat er maar twee. En wat ’n bomen!
Nu ik zelf groter ben zie ik natuurlijk wel dat Wieringerwerf kleiner is dan ik toen dacht, saaier ook wel, minder succesvol zelfs – het is ook maar een polderdorp in een krimpregio, net als Burgerbrug. Toch ging er afgelopen weekend wel wat bekoring uit van het herfstige Wieringerwerf, en als voorbeeld van een gepland Zuiderzeedorp is het best interessant. De dorpskern is het resultaat van doordachte planning, met veel aandacht voor groen en iets minder voor architectuur, maar de paar “landmarks” die er dan toch staan zijn best fraai.
Wieringerwerf dus!
1.
Plaats van aankomst: het motel. Hier stoppen de snelbussen naar Alkmaar en Leeuwarden, eens per uur. Een laan leidt je het dorp in.
2.
3.
De dorpskern bestaat uit drie brinken, twee in oost-westrichting en één in noord-zuidrichting. Die laatste is van steen, hier zijn de meeste winkels. De andere brinken hebben een groener karakter. Verderlezen…
Héél een geschiedenis is een stad, en Warschau zeker. Toch zien we steden vaak maar zo vluchtig, alsof ze decor zijn. Warschau wordt dat zelfs wel eens verweten, ‘maar decor’ zou het zijn, een reconstructie van na de oorlog. Zit daar niet juist weer héél die geschiedenis in besloten? Hoe dan ook, ook was maar een paar uur in Warschau, net voor kerst. Toch geef ik hieronder graag een indruk in foto’s.
1.
Het centrum van Warschau is uitgestrekt: de Koninklijke Route (Trakt Królewski) is zo’n vier kilometer lang en staat vol interessante paleizen en kerken. Daar hadden we natuurlijk geen tijd voor. Gelukkig is het mooiste stuk van het centrum, de Krakauvoorstad met de Oude Stad en de Nieuwe Stad, wel goed te belopen in een paar uurtjes. Dat is dus het stuk Warschau wat we verkend hebben – en meteen ook het stuk stad wat de meeste toeristen verkennen, dus veel plaatjes zullen bekend zijn.
Goed, de wandeling dan maar. Als je het station uitkomt kijk je eerst tegen moderne winkelcentra aan, maar het kapitalisme staat hier toch nog ’n beetje in de schaduw van het Cultuurpaleis dat door Stalin aan de stad werd geschonken, te zien op de foto hierboven.
2.
Een andere oude wolkenkrabber werd nogal mishandeld. Wat zijn ze hier van plan? Deze paal is de eerste wolkenkrabber van Polen, vooroorlogs nog wel, al kreeg het na de oorlog wel een ander (stalinistisch) uiterlijk. Ik weet niet wat ze er nu mee gaan doen. Ik vrees het ergste.
3.
In de buurt tussen het Cultuurpaleis en het oude centrum wisselen oud en nieuw elkaar af. De sporen van een oorlog: in de Tweede Wereldoorlog werd Warschau bijna volledig verwoest. Het échte historische centrum is nadien vakkundig gerestaureerd (of beter: teruggebracht in 18e-eeuwse staat, want men restaureerde nogal romantisch destijds, met schilderijen als uitgangspunt), maar de 19e-eeuwse uitbreidingen vond men toen nog niet interessant genoeg. Wat hersteld kon worden werd hersteld, de rest werd door op zichzelf niet onaardige stalinistische blokken vervangen.
4.
5.
Voor de reconstructie hoef je niet ver te lopen. Dit paleisje is heel nauwgezet gereconstrueerd, omdat de bouwtekeningen bewaard waren. De architect die z’n archieven zo goed bijhield was de Hollander Tylman van Gameren, die een groot stempel op Warschau heeft gedrukt doordat hij vele paleizen en kerken mocht ontwerpen.
6.
De Krakauvoorstad (Krakowskie Przedmieście) is een prachtige boulevard, onderdeel van de Koninklijke Route. Let op de openbare ruimte, die heel mooi is ingericht. Laat die Polen maar schuiven!
7.
8.
9.
De stad ligt op een heuvel, dat heeft natuurlijk altijd z’n charmes.
10.
We naderen de Oude Stad (Stare Miasto), het middeleeuwse centrum van Warschau. Ook deze “oude” stad is een reconstructie van na de oorlog. Dat wordt er altijd bij gezegd. Men heeft de gruwelen met de reconstructie willen uitwissen, maar toch blijft iedereen de stad bekijken als een reconstructie. Zo wordt de herinnering aan de verwoesting van Warschau toch levend gehouden, juist dóór deze herbouwde stad.
11.
De Zygmuntzuil herinnert aan de Poolse koning die Warschau hoofdstad van zijn rijk maakte en het land en passant meesleurde in zijn persoonlijke vete tegen Zweden.
12.
13.
14.
15.
16.
Gevels boven de kerstmarkt op het Marktplein.
17.
18.
19.
20.
Op deze laatste foto’s gluurden we stiekem al naar de Nieuwe Stad (Nowe Miasto), die direct aan de oude grenst en een halve eeuw later ontstond. De bebouwing is nu natuurlijk even oud (herbouw), maar ook vroeger was er dus weinig verschil. Wel was de nieuwe stad armer, dus de woonhuizen waren wat minder statig.
De Nieuwe Stad heeft nog altijd een heel eigen bekoring. De sfeer is er ronduit provinciaal, het is echt een stil stukje Warschau waar je alleen als je goed luistert het geruis van de boulevards in het centrum nog hoort.
21.
22.
23.
24.
25.
Deze mooie barokke kerk werd ook door onze landgenoot Tylman van Gameren ontworpen. Het gebouw was in de oorlog in gebruik als hospitaal. Toen de Duitsers het verwoestten vielen daarbij in één klap duizend doden.
26.
Tylman van Gameren is overal. Ook dit mooie paleis, het Krasińskipaleis, is van zijn hand.
27.
28.
29.
Langs pleinen en parken naderden we het Cultuurpaleis weer. Daarachter ligt het ondergrondse station. Mijn reis ging nu verder naar Rogoźno, maar in Warschau zou ik vaker terugkomen. Zo vluchtig is deze stad heus niet.
30.
Wat hier staat, is van Marcel Plaatsman - van mij dus. Ik heb het geschreven, anders stond 't hier niet.