Die ongelukkige Belgische biercultuur

Er zijn zo van die zaken waar iedere Nederlandse bierliefhebber, en bierbloggers wel in het bijzonder, van zichzelf en van anderen een mening over moet hebben en één van die zaken is de Belgische biercultuur.

belgischbierHet aardige is dat je daar als Nederlandse bierliefhebber ook wel grofweg dezélfde mening over moet hebben. Als je bijvoorbeeld zegt dat je de Belgische biercultuur de beste van de wereld vindt, dan diskwalificeer je jezelf als oud, linnen tasje, geen kenner meer. Maar als je geweldig gaat staan foeteren op al wat Belgisch is, dan ben je toch ook weer ongezellig en kun je er op z’n minst op rekenen dat iemand over Orval begint. Nee, de mening die je moet hebben is ongeveer de volgende: de Belgischie biercultuur is een grote schat, maar België is z’n voorsprong kwijt en ze zullen aan conservatisme ten onder gaan.

Dat is ook ongeveer mijn mening steeds geweest.

Sakkeren op Belgisch bier

Het is tegenwoordig bon ton om te sakkeren op Belgisch bier. Dat is niet iets Nederlands. Sakkeren op Belgisch bier is internationaal in zwang en dan vooral, of sterker: haast uitsluitend onder hen die zich kenner of beergeek noemen dan wel hun haar in een knotje dragen. Belgisch bier, dat is te zoet en te alcoholisch en die brouwers zijn te commercieel en er zit ook gewoon veel te veel koolzuur in, maar te weinig hop. Ook in België zelf hoor je dergelijke klachten wel bij de bierdrinkers die zich tot de avant garde rekenen.

Dat geklaag staat wel in een breder verband. Bij de moderne, bewuste bierdrinker moet je in de regel niet met zoet en commercieel aankomen en bij mij in ieder geval ook niet met te veel koolzuur. Ook Nederlandse commerciële zoete bieren moeten het ontgelden, ook Amerikaanse, ook Duitse, allemaal. Maar toch lijkt juist de Belgische biercultuur op deze bieren afgerekend te worden, zelfs door mensen die weten dat er echt nog wel ánder Belgisch bier is. Natuurlijk wordt er ook kritisch gekeken naar het Duitse Reinheitsgebot en naar de Engelse real ale-dogma’s, maar daar wordt toch wel genuanceerder over gesproken en bovendien blijken klassieke Duitse ondergisters en dito Engelse bovengisters ook juist weer in opkomst, ook onder de “geeks”.

Te hoog van de toren

Dat er over België meer wrevel is dan over andere bierlanden zal voor een deel ook wel samenhangen met de houding van de Belgen zelf. Arrogantie en chauvinisme zijn onze zuiderburen nu eenmaal niet vreemd, en al helemaal niet als het op bier aankomt. Wat Nederlandse bierliefhebbers al allemaal niet hebben moeten horen over hun bier, door ongeïnformeerde Belgen die het niet eens wíllen proeven – dat heeft kwaad bloed gezet, ook bij mij. België heeft jarenlang ontzettend hoog van de toren geblazen en dan is het niet verwonderlijk dat men er dan bij de kippen bij is als blijkt dat die toren wankelt.

Mechelen panoramaBelgisch bier stond altijd op een geweldig voetstuk, zeker in Nederland, maar ook in veel andere bierlanden. De bierrevolutie, die beloofde grote arrogante brouwers van hun voetstuk te halen, heeft ook dat voetstuk versplinterd, maar nog altijd weigeren veel Belgen van hun verhoog af te komen. Je hoort ze nu zelfs blaten dat hun bier werelderfgoed is! Tja, zúlke mensen, zó’n biercultuur, daar wil je wel tegen zijn natuurlijk, met of zonder knotje. Het chauvinisme keert zich tegen de Belgen.

Wat is Belgisch bier nou helemaal?

Laten we in dezelfde verontwaardiging doorgaan: wat is Belgisch bier nou helemaal? Zoete tripels? Zoete dubbels? Wat zurige “traditionele stijlen” die elders ook bestaan hebben en in België uiteindelijk ook vooral door toeristen worden opgeslorpt? Saisons, die over heel de wereld gebrouwen worden en dan vaak met meer durf? Kom nou. U ziet, het kost weinig moeite om er met gestrekt been in te gaan, en al is het gespeeld, de argumenten zijn niet nieuw, je hoort ze overal en vaak ook met dezelfde verontwaardigde ondertoon.

Een kern van waarheid is er ook wel, natuurlijk. De “Belgische biercultuur” is maar een vaag begrip, waar een veelheid aan stijlen mee wordt geassocieerd, maar geen stijlen die exclusief Belgisch zijn. Dat België de zure bieren bewaard heeft is natuurlijk fijn, maar bon, ze worden nu ook elders weer gebrouwen, dus daar hebben we die Belgen niet meer voor nodig. Toch?

België bakermat

Je zou maar, in plaats van zo’n chauvinistische blaaskaak, een beschéiden Belgische bierliefhebber zijn, zo één die oprecht houdt van wat er allemaal in de eigen streek gemaakt wordt, die weet met wat voor passie die kleine brouwers en geuzestekers dat doen, die tegelijk ook wel weet dat er een hele wereld vol goed bier om België heen ligt, maar toch ’n plaatsje in z’n hart heeft voor dat bier “van bij ons”… Je zou die bierliefhebber maar zijn en dan bovenstaand geraas lezen, of het gedonder elders op het net.

Misschien zou iedereen ‘ns over z’n schaduw moeten heen stappen, niet blijven hangen in arrogantie maar ook niet in de verontwaardiging daarover, en dan ‘ns rustig zien wat Belgisch bier ons heeft opgebracht. Die behoudzin waar zo op gesakkerd wordt, die heeft toch echt wel levens gered, van gisten die anders verdwenen of op z’n minst vergeten waren. En al die traditionele bieren die we nu zo goed namaken hadden nooit zo’n groot publiek kunnen aanspreken als ze niet ook al decennia door middelgrote Belgische familiebedrijven, in al dan niet afgezwakte vorm, op de markt gehouden waren. Schatplichtig blijven we. België is een bakermat.

Belgische biercultuur minder bijzonder

Het is waar dat bierland België niet meer zo bijzonder is als een jaar of wat geleden. Er zijn immers heel veel andere bierlanden bijgekomen en daar onderscheidt België zich niet zo ontzettend van. Dat is ook zo omdat de Belgische biercultuur altijd wat minder “smoel” gehad heeft, niet samengaat met een herkenbare, clichématige Brauhaus-cultuur of met Camra-Pubs, maar juist altijd al gefragmenteerd en een tikje wisselvallig was. Mondaine biercafés en bierrestaurants zijn nu eenmaal minder exotisch dan wat je in Bamberg bij Schlenkerla meemaakt. Zulke cafés kunnen net zo goed in Brussel bestaan als in Amsterdam of in New York en dus bestaan ze daar ook.

Zo wordt de Belgische biercultuur de biercultuur van ons allemaal. De rest van de wereld is wat meer op België gaan lijken en België zal ook meer op die wereld gaan lijken. Dat die Belgische biercultuur minder bijzonder wordt is natuurlijk jammer voor hen die nu hooghartig kakelen dat Belgisch bier werelderfgoed is, maar voor wie oprecht van bier houdt, en dus óók van Belgisch bier, is het alleen maar vooruitgang. Bier is grenzeloos en als het goed bier is, dan verbindt het ons allemaal.

Wat hier staat, is van Marcel Plaatsman - van mij dus. Ik heb het geschreven, anders stond 't hier niet.