Bier in Litouwen

VilniusVerleden weekend bezocht ik Vilnius. Dat is een heel plezierige stad. Er hangt een ontspannen, open sfeer, iets van opluchting haast. De geschiedenis is hier eindelijk geschiedenis geworden, de panden zijn opgeknapt, de tradities gecanoniseerd. Eindelijk vrij, eindelijk zelfstandig. Hopelijk lukt het de Litouwers die aangename sfeer nog lang vast te houden.

In Vilnius kun je eindeloos kerken bekijken, wat ik graag doe, maar je kunt er ook eindeloos biertjes proeven en daar ben ik natuurlijk ook niet vies van. Litouwen heeft, zo ontdekte ik, een bloeiende biercultuur. De Litouwers zijn trots op hun traditionele bieren. Westers importpils domineert hier niet de markt, eigen onafhankelijke brouwers weten zich goddank te handhaven. In Litouwen domineert zelfs niet één stijl. Hoe kan zo’n rijke biercultuur zo ontzettend onbekend zijn in het westen?

Litouws bier heeft een eigen karakter. Mout mag je hier nog proeven, dat is fijn. Haast alle bieren die ik dronk hadden een volle, moutige, broodachtige smaak. Dat past bij de Litouwse cultuur, waarin brood heilig is. Brood mag in Litouwen zelfs niet omgekeerd liggen, als het op de grond valt moet je ’t kussen… En als graan in bier gaat, dan moet je het met heel je mond kunnen proeven. Zo is de symboliek.

Met mout kun je aardig variëren, zeker als je er dappere dingen mee doet. Gebrande mout is populair in Litouwen, veel grote brouwerijen hebben wel ’n stout of ’n porter in hun assortiment. Die zwarte bieren zijn dan vaak wel wat zoetig. De kleine brouwers durven verder te gaan met hun zwartgeblakerde mout. Naar ’n goede porter hoef je in Litouwen echt niet lang te zoeken.
Maar mout branden, dat doen ze in Nederland ook. Er is meer mogelijk. Je kunt mout ook bakken, en dat doen ze in Litouwen graag. Twee bakbieren dronk ik, Keptinis, gebakken zonder meer en goddelijk, en Ramūno Čizo Kaimiškas, waar ook nog honing aan was toegevoegd. De smaak van koekjes, honing en bier. Wat heerlijk, en wat Litouws.

Honing is even Litouws als bakmout. Overal in Vilnius kun je honing kopen, in verschillende toepassingen. Natuurlijk gaat honing dan ook in bier. ’t Is een mooi natuurproduct, net als mout, hop en gist, dus waarom zou het niet in bier thuis horen? Goede honing geeft een heel aangenaam zoetje aan het bier, zonder dat bier mierzoet of gewoon onevenwichtig te maken.

Gist is ook natuur, al durven veel brouwers hun gisten niet helemaal vrij te laten. In Litouwen vertrouwen ze gewoon op hun gistculturen. Sommige Litouwse bieren vergisten in open vaten. Daar komen bijzondere gisten op af. Ik dronk zo de Dundulis, een bier dat door de smaak van fruitig gist haast aan een degelijk Belgisch bier deed denken.

Belgisch bier, Nederlandse brouwers, Engelse biscuit malt – dat blijven steeds de referentiepunten. Terwijl Litouws bier gewoon Litouws bier is, het staat op zichzelf. Dit is een biercultuur die veel heeft moeten doorstaan, zoals heel Litouwen, maar er gewoon nog is. Net als de Litouwers zelf. ’t Is nu aan ons, arrogante westerlingen, om Litouwen in ons op te nemen en hun biercultuur te erkennen. Mij valt dat alvast niet zwaar. Omarm Litouwen!

Wat hier staat, is van Marcel Plaatsman - van mij dus. Ik heb het geschreven, anders stond 't hier niet.