Bierrecensie: Warsteiner Braumeister
Nadat ik vorige zomer voor pils pleitte, is er inderdaad ’n kleine pilsrevolutie gekomen, niet zozeer als gevolg van mijn pleidooi, maar als bevestiging. Kleine brouwers zijn echte pilseners gaan brouwen en de grote pilsmerken zijn op hun buurt begonnen de grenzen van de stijl te verkennen – van Gulpener tot Heineken. Toen ik zag dat Warsteiner Braumeister op de markt bracht, ter ere van 500 jaar Reinheitsgebot, dacht ik dan ook dat dit bier in die trend zou vallen.
De verwachting van pils
Duitsland is pilsland, meer dan Nederland, en ze kunnen er ook echt heel degelijk pils maken. De bitterheid van Jever is een prachtig voorbeeld van wat deze stijl, ook in grote hoeveelheden, vermag. De kleine brouwers met hun ongefilterde pilsjes zijn een lichtend voorbeeld voor iedere Nederlandse brouwer die zich aan pils wil wagen. Maar Warsteiner is toch niet helemaal wat je je bij Duits pils voorstelt. Het is een vrij slap, doordrinkbaar pils dat dichter bij Heineken en Jupiler ligt dan bij de goede Duitse voorbeelden.
Wat zou ik dan verwachten van Warsteiner Braumeister? Om eerlijk te zijn verwachtte ik iets als Brand UP, of misschien iets als Grolsch Extra Vers. Stiekem hoopte ik op een ongefilterd, hoppig pils in de beste Duitse en Tsjechische traditie. Iets dat ook door Gulpener gebrouwen had kunnen worden. Maar dat was meer hoop dan verwachting. Noch hoop, noch verwachting kwamen uit: Warsteiner Braumeister is geen pils. Verderlezen…

Dat betekent dat ik nu van twee dingen weet heb: van ’n leven mét Facebook, en van ’n leven zonder. Leven zonder Facebook bleek best goed mogelijk te zijn. Ironisch genoeg had ik ineens méér contact met mijn vrienden (en tegelijk minder met adverteerders, vage kennissen en meisjes die ik ooit ‘ns in ’n café moet hebben gezien en daarna nooit meer). Er werd meer gemaild, meer afgesproken en meer gepraat. Facebook bleek eigenlijk nergens voor nodig.
Schrijven over Alkmaar
Bier in Alkmaar is er altijd en alle dagen. De cafés in dit lijstje zijn dan ook iedere dag van de week open. Kom langs, en proef! In één geval is dat wat letterlijk, want van ’t Kooltuintje wist ik bij het ter perse gaan van dit schrijven van één tappunt nog niet wat er op zat. Ondervinding zal u dat leren.
Dat nu is mijn ambitie: wetenschappelijke publicaties maken over dit verdwijnende dialect, zodat de gegevens die we hebben in een helder overzicht samen zullen komen. Ik wil alle klanken in klankwetten kunnen vangen, alle verbuigingen wil ik grijpen in grammatica, ik wil dat het Tessels beschreven raakt als een echte taal. Want een echte taal is het natuurlijk, ook een dialect is een systeem waarin alles samenhangt.
We leven in heuglijke tijden. Vandaag is het materiaal van de Reeks Nederlandse Dialectatlassen online gezet. Dat maakte het mogelijk…