Archief mei 2019

1
Beurd en deen & de Lange Juni
2
Bier om mee te beginnen
3
De kindertaal van Siem: Roel

Beurd en deen & de Lange Juni

Het mag mei wezen, toch begint morgen de Lange Juni, de Texelse cultuurmaand. De Lange Juni duurt ook tot in juli, trouwens. Dan is meteen helder waarom het lange juni heet. Texel heeft ook veel meer cultuur dan één maand aankan, natuurlijk. Dat spreekt. Er is beeldende kunst, er is theater, er is muziek… En er is de eilander taal, het Tessels. Die cultuurhistorie hoort er wat mij betreft ook bij. En dus schreef ik Beurd en deen en ben ik van 25 juni tot en met 7 juli druk bezig met het vervolg op de Tesselse Taalpraatjes.

Beurd en deen

Beurd en deen is mijn tweede boek, na het Tessels Taalboekje uit 2018. Dit boek gaat over de geschiedenis van Texel. Het is niet meer in eigen beheer, maar samen met TexelNU uitgegeven, het past in de onder liefhebbers wel bekende “Verhalen”-reeks van TexelNU. Maar het is wel helemaal anders. Hillegaar aars, moet ik zeggen: Beurd en deen is van begin tot eind geschreven in het Tessels. “Gebeurd en gedaan”, betekent het. De eilandgeschiedenis en het dialect worden in dit boekje met elkaar verweven en dat is maar terecht ook, want ik laat in Beurd en deen zien hoe taal en verleden op Texel zichtbaar en hoorbaar in elkaars verlengde liggen.

Beurd en deen is een boek over Texel en over geschiedenis, maar net als het Tessels Taalboekje is het ook een boek over taal. Er zijn aparte hoofdstukjes over het Tessels, die per periode uitlichten wat de weerslag van het verleden op de eilandtaal is geweest. Zo komen er ook weer allerlei onverwachte verbanden aan bod: Tessels en Fries, Tessels en Amsterdams – ok, die kenden we al wel uit het Taalboekje. Maar ook: Tessels & Goerees, in navolging van mijn eerdere artikel over de taal van Eierland. In gewonemensentaal, heel letterlijk dus (want: in het dialect), wordt zo taalgeschiedenis geschreven. Ik raad dit boekje uiteraard iedereen aan. Texelaars, maar ook Overkanters, want uiteindelijk is dit een geschiedenis van ons allemaal. Verderlezen…

Bier om mee te beginnen

Het leven van Roel begon met een biertje. Zelf dronk hij daar niet van, uiteraard niet, maar om zijn geboorte te vieren is er een bier gebrouwen dat ik, zijn vader, me zeker laat smaken. Roel is de broer van Siem en Siem is mijn eerste zoon, over wie ik hier al eerder schreef. Ook Siems komst werd met een geboortebier opgeluisterd. In beide gevallen werd dit bier gebrouwen door Brouwerij Zeglis uit Alkmaar, in een kleine oplage uiteraard – de installatie voor testrecepten bewijst zo zijn nut.

geboortebierSiem werd geboren op 31 mei 2017. Zijn bier: een milkstout, licht van alcohol, pikzwart van kleur. In de smaak chocolade, de geur van tropisch hardhout, de tinteling van verse koffie. Het was een bier dat ik zeker lekker vond, maar vooral op de voorkeuren van Siems moeder ontworpen was. Die houdt echt veel van milkstout. We hebben het laatste flesje samen opgedronken toen Siem een half jaar oud was. Daarna is dit bier nooit meer opnieuw gebrouwen.

Vaders favoriet

Voor het tweede geboortebier heeft de brouwer van Zeglis zich niet door de smaak van Roels moeder, maar door die van Roels vader laten leiden. Wie dit blog ’n beetje volgt kent mijn voorkeuren wel: ik houd van licht, doordrinkbaar bier met een wat grassige hoptoets. Een traditioneel Engels bitter of een Duits Keller – dat zijn mijn favoriete stijlen, en daar waar die stijlen overlappen, daar moet je mijn smaak zoeken. Die uitdaging was Zeglis duidelijk toevertrouwd. Roels bier is een Britse pale ale (dus: een blonde bovengister), die tegelijk herinnert aan aromatische Kellerbiere als Weiherer Zwickerla, een persoonlijke favoriet.
Brits zijn de ingrediënten: hop uit Kent, een echt Engels gist… Het mineraalrijke Alkmaarse water heeft ook wel iets Engels en pakt die ingrediënten dus goed op. Maar echt Nederlands is de basis: vloermout van eigen bodem. De broodachtige aroma’s van deze vloermout doen niet alleen aan Duitse bieren denken, maar ook aan Litouwse, een andere liefhebberij van mij, waar ik ook al dikwijls over geschreven heb.
Een naam heeft het bier eigenlijk niet, omdat dat niet hoeft. “Roels Geboortebier” is mooi genoeg. Maar als knipoog naar de huidige politieke consternatie, zou ik “Roel Britannia” nog wel aardig vinden. Maar dat is dan meer voor de markt. Nu dient dit bier enkel als verfrissing voor onszelf en onze kraamvisite. Wat zou ’t op de markt komen? Verderlezen…

De kindertaal van Siem: Roel

Siem is grote broer. Zijn kleine broer heet Roel. Roel is op 8 mei geboren en op die dag is Siem meteen naar het ziekenhuis gekomen om hem te zien. Roel vond ′ie toen al leuk, maar de situatie zinde hem allerminst: „Huis. Gaan huis,” zei hij. We moesten thuis zijn. Inmiddels zijn we dat en is het feest. Niet in de laatste plaats voor Siem.

geboortebierBroer worden, dat moet toch iets doen met ′n mens. Zelf ben ik ook broer, dat werd ik toen ik 2,5 was, iets ouder al dan Siem. Ik weet niet hoe ik dat toen gevonden heb, maar ik moet het beleefd hebben, want toen Siem geboren werd, bleek er diep in m′n brein nog ′n aardig stapeltje herinneringen aan een ándere baby bewaard, herinneringen die ik daarvoor nooit had teruggehaald. Die andere baby was mijn zusje. De natuur zorgt er wel voor dat die band innig is en de herinneringen voelden ook zo.

Siem is dol op z′n broertje. Dat heeft invloed op zijn taal. We hebben die arme jongen ook wel wat aangedaan door z′n broer Roel te noemen. De r en de l zijn moeilijke klanken, hij kan ze nog niet – maar nu, ineens, wil hij niet liever dan ze góed kunnen. En dus oefent Siem, haast de hele dag. „Roelie, Roelie, Roelie,” horen we, op de wijze van „hoera, hoera” – uit het verjaardagslied. Het lukt soms zowaar aardig: „Roerie!” Of: „Loelie!”

Siems pogingen om zijn eigen naam uit te leren spreken zijn opgeschort. Hij noemt zich nog wel even „Tiem”. Broer Tiem.

Wat hier staat, is van Marcel Plaatsman - van mij dus. Ik heb het geschreven, anders stond 't hier niet.