Tilburg en ’t theater

Gisteren was ik in Tilburg. Ik was daar niet voor het eerst, ik ben al vaker in Tilburg geweest, maar altijd was ik daar om iets anders dan om Tilburg zelf. Dat lijkt het lot van Tilburg. Ook gisteren was ik er om een andere reden, om een concert dat eigenlijk in Amsterdam had moeten zijn, maar was verplaatst naar theater 013 – een concert van de Amerikaanse band Dream Theater. Om Tilburg toch ’n beetje eer aan te doen nam ik ’s middags al de trein en wandelde ik door de stad.

Tilburg voor Koningsdag

Eenmaal aangekomen bleek al gauw dat Tilburg, ondanks dat lot, in afwachting is van hoog bezoek. Op Koningsdag komt ons staatshoofd naar de stad van Willem II. Daar had ik eerlijk gezegd geen idee van, zo intensief volg ik de gangen van ons staatshoofd niet, maar in Tilburg merkte ik ’t gelijk aan alles. Er stond een reuzenrad aan het station en bij het stadhuis, het oude paleisje, was een nostalgische kermis met een kleiner reuzenrad, van het soort dat mijn oma een karimata genoemd zou hebben. En vooral: er was een verkeersinfarct gaande.

Tilburg heeft, zoals zoveel steden, brede banen van asfalt om het centrum heen, die er voor moeten zorgen dat het centrum zelf ontlast raakt. Die brede lanen zijn natuurlijk óók handig voor als je ‘ns een staatshoofd moet ontvangen, en dus waren ze gisteren vast afgezet met hekken en tribunes. Het gevolg was dat het autoverkeer alsnog door de smallere straten van het centrum geperst werd. Het deed me aan de ochtendspits in Brussel denken. Dat de straatjes van Tilburg aardig wat 19e eeuwse neostijlen en zelfs Jugendstil herbergen versterkte die indruk.

Mooi zijn ze wel, die straatjes, en er zijn volop leuke pleintjes in de vorm van een driehoek, die verraden dat Tilburg eigenlijk een aaneenschakeling van Brabantse dorpjes is. Ondanks de drukte en de slingers her en der vond ik het er aangenaam kuieren.

Tilburg en de weemoed

Tilburg

Heuvel (Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed)

Tilburg heeft niet de reputatie, een mooie stad te zijn. Dat zal wel met die 19e eeuwse bouwtrant te maken hebben, ook andere steden met een 19e eeuws centrum, zoals Assen of Den Helder, moeten het in Nederland nogal ‘ns ontgelden. In België, waar die bouwstijlen veel algemener zijn (België bloeide dan ook in de 19e eeuw), zou Tilburg een betere reputatie hebben, vermoed ik. De stad oogt fijn verzorgd en de gevelwanden zijn redelijk intact. Soms zorgt hoogbouw voor contrast en in de voornaamste winkelstraat zijn best veel lelijke puien, maar ook dat is in België niet ongebruikelijk. In Nederland, met al die haast onbedorven 17e eeuwse binnensteden, is het niet genoeg, maar míj sprak Tilburg dus wel aan.

Uitgewandeld zocht ik ’n kroeg op. Het concert zou als gezegd in 013 zijn, dus leek het plein dat “Heuvel” heet geschikt, het ligt immers naast dat muziektheater. Het is niet het mooiste van de Tilburgse pleinen, maar als je ’t vanuit de juiste hoek ziet heeft ’t toch nog wat. En er was ’n café dat Weemoed heette. Dat café was een koninklijke plek, figuurlijk dan, want de stamgasten moesten niks van de komende koning hebben; de sfeer was ’n plezierig samengaan van gekte en gezelligheid. Haast elk ogenblik was er wonderlijk. De prijzen waren er zo laag dat ik vermoedde dat de uitbater gewoon maar wat verzon als hem om de rekening werd gevraagd. “6,80 had ik gezegd zeker? Dan is het 6,80 voor u.” Gemoedelijk voelde ’t wel.

Terug in Tilburg

Natuurlijk zag ik daarna niets meer van Tilburg en ik hoorde er ook niets meer van, want het concert van Dream Theater was hard en razend, het leek wel alsof de tonen trilden en de bassen waren overal in mij. Zoals dat hoort bij zo’n concert. Van acht tot elf was er muziek en toen reisde ik van Tilburg vandaan. Maar eigenlijk wil ik er best gauw terugkeren, na Koningsdag, als Tilburg zonder theater is, met de weemoed van ’n oude, lang niet lelijke industriestad op de warme zandgronden van het zuiden.

Eén reactie

  • Tonen zijn trillingen, dat lijkt niet alleen zo. Ben zelf nooit echt gecharmeerd geraakt van Tilburg, wel van Dream Theater, maar dat komt omdat ook ik Tilburg eigenlijk alleen ken van eventjes voor en heel kort na 013. En ik geloof dat er een bus naar De Efteling gaat.

Wat hier staat, is van Marcel Plaatsman - van mij dus. Ik heb het geschreven, anders stond 't hier niet.