Herfstig Den Burg
De hoofdstad van Texel is Den Burg. Dat is natuurlijk met een knipoog gemeend, want zo groot is Den Burg toch niet, maar zeker heeft deze oude kern stedelijke trekken. De straten lopen bijvoorbeeld in een mooie kring rond de kerk, alsof ze een stadsmuur volgen – wat ze inderdaad doen. Ook de bebouwing is net wat stadser dan in de andere Texelse dorpen. Ook hier vind je wel de typische houtbouw, maar er zijn ook sierlijke trapgevels en uiteraard is er de fraaie gotische kerk. Begin november maakte ik er herfstige foto’s die een indruk geven van de gevarieerde oude kern.
1.

Den Burg is goed te bereiken met de bus vanaf de veerhaven, maar het is natuurlijk aardiger om te wandelen. Bovenstaande foto toont het open land met aan de horizon het aardige kerkje van De Waal, één dorp verder. De route door het lage land ten noorden van Den Burg voert langs oude boerderijen en velden met vee. Uiteindelijk gaat de weg iets omhoog, want Den Burg ligt, zoals alle oude Texelse dorpen, op hogere grond.
2.

3.

De Kogerstraat geeft zo toegang tot het oude Den Burg. Boven de bebouwing is de kerktoren, met gemetselde spits, goed te zien. Aan het begin van de oude kom staat een monument voor een taal: het Esperantomonument. Verder is het bescheiden torentje van de doopsgezinde vermaning zichtbaar.
4.

5.

6.

7.

Die vermaning is een heel karakteristiek gebouw, met de gele bakstenen die je in dit deel van Nederland zo vaak ziet (ook in Friesland). Het torentje is wel een bijzonderheid. Voor dit gebouw was ik trouwens naar Den Burg gekomen, want ik gaf er een 2 november een lezing over het Tessels dialect. Verderlezen…





 In Brussel kom ik al heel wat jaren met enige regelmaat. Het is opmerkelijk dat ik de stad al die jaren wel dacht te kennen, maar dat ik dat steeds op een andere manier deed. Nú noem ik Brussel een bevrijding, maar goed, dat is dus hoe ik de stad nú denk te kennen. Misschien is dat over wat jaren ook wel weer anders. Wat tenminste een constante is en wat ook bewaard blijft, zijn de foto’s die ik er maak: doorkijkjes, alsmaar doorkijkjes, want Brussel is een stad om doorheen te kijken.
In Brussel kom ik al heel wat jaren met enige regelmaat. Het is opmerkelijk dat ik de stad al die jaren wel dacht te kennen, maar dat ik dat steeds op een andere manier deed. Nú noem ik Brussel een bevrijding, maar goed, dat is dus hoe ik de stad nú denk te kennen. Misschien is dat over wat jaren ook wel weer anders. Wat tenminste een constante is en wat ook bewaard blijft, zijn de foto’s die ik er maak: doorkijkjes, alsmaar doorkijkjes, want Brussel is een stad om doorheen te kijken.
 
 










